15315-wolbert

Samenvatting 113 N EDERLANDSE S AMENVATTING FLOREREN , FRAGILITEIT EN FAMILIES . E EN KRITISCHE REFLECTIE OP MENSELIJK FLOREREN ALS IDEAAL DOEL VAN OPVOEDING EN ONDERWIJS Het doel van dit proefschrift is een kritische reflectie te bieden op moderne theorieën binnen de theoretische pedagogiek (ook wel opvoedingsfilosofie) die betogen dat het menselijk floreren als ideaal en overkoepelend doel van opvoeding en onderwijs zou moeten worden gezien. Prominente pleitbezorgers hiervan zijn John White, Kristján Kristjánsson, Harry Brighouse en Doret de Ruyter. Zij betogen dat opvoeding en onderwijs gezien moeten worden als (onder andere) een middel om het doel van een florerend leven voor de kinderen die zij opvoedt te bereiken, en dat zowel scholen als ouders dienen bij te dragen aan de kansen van een kind op een florerend leven. Menselijk floreren betekent in algemene zin een optimaal leven leiden: een moreel goed leven, gevuld met liefdevolle relaties en zinvolle en succesvolle bezigheden, waarin mensen vrij (genoeg) zijn om hun eigen keuzes te maken, en waarover ze zich gelukkig en tevreden voelen. 1 Met opvoeding en onderwijs – education in de hoofdstukken van deze dissertatie – worden meestal de activiteiten in school bedoeld. Vaak valt wat ouders doen ook wel onder education , maar dat blijft vaak impliciet, of zij hebben een minimale rol ten opzichte van scholing. In deze dissertatie ligt daarom de expliciete focus op de ouders en op opvoeding. De complexe praktijk van ouderschap is erg interessant, en het is ook belangrijk hier aandacht aan te besteden, ouders zijn immers de primaire opvoeders van kinderen, zo niet ook de belangrijkste. 2 De meeste theorieën over floreren zijn op een meer of minder expliciete manier schatplichtig aan de deugdethiek van Aristoteles, waarin zijn conceptie van eudaimonia – zijn opvatting over het hoogste doel van het leven – centraal staat. Volgens Aristoteles hebben we geen garantie op een goed leven. De moeite die we doen om zo’n leven te bereiken – een moreel goed leven vol zinvolle, succesvolle activiteiten, goede vrienden, lieve familie, geluk en plezier – kan vergeefs zijn, of wat we nastreven kan nooit van de grond komen, door pech ( bad luck ), bijvoorbeeld omdat we geen fijne familie hebben, arm zijn, of ziek. Dus, het bereiken en continueren van een florerend leven hangt voor een belangrijk deel af van het geluk ( good luck ) dat mensen hebben. De vraag is hoeveel geluk een goed mensenleven nodig heeft, hoeveel openheid voor de onvoorspelbaarheid van het lot, ten opzichte van hoeveel controle de mens over dat lot nodig heeft om een goed leven te 1 Cf. White 2011. 2 Met ‘ouders’ bedoel ik ‘ouders/verzorgers’; het verwijst naar de primaire verzorger.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw