Sonja Mensch

154 Chapter 8 .85-.98) en de vier onderdelen van motorische vaardigheden (range .85 - .97) excellent of goed. Movakic is dus een betrouwbaar instrument voor kinderen met ernstig meervoudige beperkingen. Hoofdstuk 5. Constructvaliditeit en responsiviteit van Movakic Movakic werd vervolgens in een prospectieve cohortstudie door dezelfde 37 fysiotherapeuten bij dezelfde 60 kinderen gedurende 18 maanden 6 maal ingevuld. Hiervoor werd steeds één voor het individuele kind relevante situatie gekozen, waarvan de verwachting was dat deze stabiel zou blijven gedurende de follow-up. Voor het meten van de constructvaliditeit werden met behulp van Pearson correlaties de scores vergeleken met het expertoordeel van de therapeuten, waarvoor een score op een visueel-analoge schaal moest worden gegeven, voorafgaand aan de invulling van Movakic. Voor het meten van de responsiviteit werden scoreveranderingen in perioden zonder bijzondere gebeurtenissen, met behulp van intraclass correlaties vergeleken met perioden met gebeurtenissen die de scores positief of negatief beïnvloed zouden kunnen hebben. Na afloop van elke 3 maanden werden door de fysiotherapeuten relevante gebeurtenissen gescoord. De volgende gebeurtenissen zijn gebruikt tijdens de analyses; operaties, toename van contracturen en pijn. De constructvaliditeit was goed ( r = .50 - .71). Responsiviteit bleek uit significant grotere scoreveranderingen in perioden met relevante gebeurtenissen dan in perioden zonder zulke gebeurtenissen: de gemiddelde absolute Movakic scoreveranderingen waren significant groter in de groep met gebeurtenissen ( t =2.21; p =.03), met een matige effectgrootte (Cohen’s d =.62, 95% betrouwbaarheidsinterval .23 - 1.00). Dezelfde tendens werd gezien voor de intraclass correlatie coëfficiënten: in de groep met gebeurtenissen was deze .78 (95% betrouwbaarheidsinterval .64-.86) en in de groep zonder gebeurtenissen .95 (95% betrouwbaarheidsinterval .94-.96). Echter, van de enorme berg gemelde gebeurtenissen was niet duidelijk in hoeverre ze werkelijk van invloed waren geweest en evenmin of die invloed dan positief of negatief was. Vervolgonderzoek zou gericht moeten zijn op de interpretatie van de scoreveranderingen en de betekenis ervan voor kinderen en ouders. Onze ervaringen uit deze studie tonen aan hoe complex wetenschappelijk onderzoek in deze groep kinderen kan zijn.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw