Nanke Dokter

146 Stimuleren van schoolse taalvaardigheid bij rekenen 8.2 Participanten Aan de interventie werd deelgenomen door 73 tweedejaars pabostudenten. Er is gekozen voor tweedejaars studenten omdat de inhoud van de interventie het beste aansloot bij het bestaande reken/wiskunde-aanbod van de tweedejaars. De studenten werden random toegewezen aan een groep en de groepen werden random toegewezen aan een onderzoeksconditie: groep A als experimentele groep en groep B als controle- groep. In de experimentele groep zaten 4 mannen en 33 vrouwen, in de controlegroep zaten 6 mannen en 30 vrouwen. De verhouding tussen mannen en vrouwen in de groepen is in overeenstemming met de verhouding tussen mannen en vrouwen op de pabo. De studenten uit de experimentele groep waren gemiddeld 19.3 jaar oud (SD=1.6, range 17-23) en de studenten uit de controlegroep waren gemiddeld 19.9 jaar oud (SD=1.7, range 18-25). Om vast te stellen of de groepen inhoudelijk hetzelfde niveau hadden, zijn de resultaten vergeleken van de toetsen van de eigen taal- en rekenvaardigheid die aan het eind van hun eerste studiejaar zijn afgenomen. Op de rekentoets scoorde de experimentele groep gemiddeld 6.2 (SD=.53, range 5.5-7.2), de controlegroep 6.4 (SD=.98, range 5.5-9.7) en op de taaltoets scoorde de experimentele groep gemiddeld 8.1 (SD=1.17, range 5.5-9.8) en de controlegroep 7.4 (SD=1.1, range 5.7-9.8). Uit een independent samples test bleek dat er een significant verschil tussen de groepen was bij de taaltoets. Daar scoorde de experimentele groep significant beter (F=.791, p=.02). 8.3 Instrumenten en procedures Er zijn bij het onderzoek van de interventie verschillende instrumenten ingezet. Waar mogelijk is er gebruik gemaakt van instrumenten die in het eerste deel van dit onderzoek zijn ontwikkeld en getest op betrouwbaarheid. Alleen voor de evaluatie van de interventie is een nieuwe vragenlijst ontwikkeld. Alle gebruikte instrumenten en de bijbehorende procedures worden hieronder kort beschreven. Kennistoets Bij de voor- en nameting van de kennis over schooltaal van de pabostudenten is de kennistoets gebruikt die ook in Deel 1 is afgenomen bij de leraren (Cronbach’s alfa 0.70; zie Bijlage 1). De toets bestaat uit 42 stellingen, waarvan er 28 over schooltaal- kenmerken gaan en 14 over schooltaalstimulerende strategieën. Deze stellingen zijn bij beide metingen gebruikt, maar in een andere volgorde geplaatst om herkenning tegen te gaan. De voormeting vond plaats tijdens een taalles, twee weken voor het begin van de interventie. De nameting vond plaats twee weken na afloop van de interventie, opnieuw in een taalles.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0