Nanke Dokter

116 Stimuleren van schoolse taalvaardigheid bij rekenen de mate waarin ze kansen bieden voor een dialogische aanpak en daarmee ook in de mate waarin de ontwikkeling van schooltaal er in aan bod kan komen. Op basis van de literatuur kunnen drie aspecten van schooltaalstimulerend gedrag worden onder- scheiden. De leraar maakt zelf gebruik van het schooltaalregister (Zwiers, 2008), hij zet schooltaalstimulerende strategieën in om de leerlingen te helpen de schooltaal te begrijpen (Nagy & Townsend, 2012; Zwiers, 2008) en hij kan tijdens de rekeninstructie schooltaalstimulerende strategieën gebruiken gericht op schooltaalproductie van de leerlingen, waarvoor een dialogische aanpak belangrijk is (Swain, 2005; Zwiers, 2008). Als laatste is het van belang dat leraren pendelen tussen strategieën die gericht zijn op de dagelijkse taal van de leerlingen ( power down strategieën) en op het veranderen van dagelijkse taal naar uitingen met meer schooltaalkenmerken ( power up strategieën) (Harper & Parkin, 2017; Maton, 2014). Om inzicht te krijgen in het schooltaalstimulerend gedrag van leraren en mogelijke achtergronden van dat gedrag is dit onderzoek uitgevoerd. In het onderzoek zijn video- opnamen gemaakt van twee rekeninstructies van 27 leraren in groep 3 en 4 van het basisonderwijs en hebben deze leraren vragenlijsten en toetsen gemaakt. Daarnaast is een expertsurvey afgenomen. In Paragraaf 6.2 worden de conclusies beschreven ten aanzien van de kansen die leraren hebben voor het vertonen van schooltaalstimulerend gedrag tijdens de reken- instructie in relatie tot de didactische werkvormen. In Paragraaf 6.3 worden de con- clusies met betrekking tot het daadwerkelijke schooltaalstimulerende gedrag van leraren basisonderwijs in groep 3 en 4 tijdens de rekeninstructie beschreven. In Para- graaf 6.4 staat de vraag centraal naar de samenhang tussen leraarkenmerken en achter- grondkenmerken en het schooltaalstimulerende gedrag van leraren. In Paragraaf 6.5 worden de bevindingen uit de Paragrafen 6.2 tot en met 6.4 samengevat. 6.2 Didactische werkvormen en schooltaal Om na te gaan welke werkvormen het meest geschikt zijn om de schooltaal van leer- lingen te bevorderen, is de volgende onderzoeksvraag geformuleerd: Welke didactische werkvormen bieden volgens experts (de beste) kansen voor het stimuleren van de schooltaalontwikkeling van leerlingen in groep 3 en 4 tijdens de klassikale rekeninstructie? In een expertsurvey hebben 33 experts op de gebieden taal, rekenen en onderwijskunde aangegeven of er tijdens de didactische werkvormen uitleg , gesprek , taakinstructie , taak- evaluatie en organisatie volgens hen mogelijkheden zijn voor het vertonen van school- taalstimulerende strategieën door leraren . Theoretisch gezien zijn de werkvormen met ruimte voor inhoudelijke dialoog tussen leraar en leerling hiervoor het meest kansrijk (Barwell, 2016; Nystrand et al., 2003). Uit de resultaten blijkt dat de experts de werk- vormen die de meeste ruimte bieden voor een dialogische aanpak als het meest kansrijk benoemen, namelijk taakevaluatie , gesprek en uitleg . Uit de praktijkgegevens van 27 leraren komt naar voren dat ze schooltaalstimulerende strategieën tijdens alle

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0