Annelotte van Bommel

177 Samenvatting vanwege de diagnose borstkanker. Veel indicatoren toonden verbeteringen in de eerste vier jaar van de registratie: het percentage patiënten dat werd besproken in een multidisciplinair teamoverleg steeg van 83% naar 98%, het gebruik van de radiologische BI-RADS (Breast Imaging-Reporting and Data System)- classificatie bij beeldvormend onderzoek bij patiënten met borstkanker steeg van 97% naar 99%, een toename werd gezien van het percentage patiënten waarbij het pathologieverslag alle klinisch relevante items bevat (van 83% naar 97%), evenals een afname van het percentage tumor-positieve marges na een eerste borstsparende operatie voor borstkanker van 5,9% naar 4,6%. Het percentage patiënten dat borstsparende chirurgie onderging bleef stabiel gedurende deze vier jaar. Het idee leefde dat alleen het percentage borstsparende operaties onvoldoende representatief was als maat voor het esthetische resultaat van de lokale borstkanker behandeling. De uitkomstparameter “breast-contour- preserving procedure” (BCPP) werd gedefinieerd als een alternatieve lokale uitkomstparameter ( Hoofdstuk 3 ). BCPP omvat meerdere behandelstrategieën die de contour van de borst behouden of herstellen. Naast borstsparende chirurgie als eerste behandeling, betrof dat ook borstsparende chirurgie na neo- adjuvante chemotherapie en borstamputatie gecombineerd met een directe borstreconstructie. Hoewel het percentage patiënten dat borstsparende chirurgie als eerste behandeling voor borstkanker onderging in de loop van de tijd stabiel bleef, steeg het percentage patiënten dat een BCPP onderging van 63% in 2011 naar 71% in 2015. Deze stijging was gerelateerd aan een stijging van het aantal borstsparende operaties na neo-adjuvante chemotherapie en van het aantal directe borstreconstructies na borstamputatie. Het BCPP-percentage was vergelijkbaar voor de meeste leeftijdscategorieën, maar binnen die categorieën verschilden de verhoudingen wel. Borstsparende behandeling na neo-adjuvante chemotherapie en een borstamputatie gecombineerd met een directe reconstructie werden vaak op jonge leeftijd uitgevoerd en de percentages van deze strategieën namen af met het toenemen van de leeftijd. Op oudere leeftijd werd vaker een ‘klassieke’ borstsparende operatie uitgevoerd. 10

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0