Laurens Schattenkerk

312 Appendices NEDERLANDSE SAMENVATTING (DUTCH SUMMARY) Deel I - Inleiding Door de vooruitgang in de zorg voor jonge kinderen is het aantal chirurgische ingrepen dat in deze groep wordt uitgevoerd ook gestegen, met name in de hoge inkomenslanden. De verwachting is dat deze stijging zich met de tijd ook zal voordoen in lage- en midden inkomenslanden. Om de zorg voor deze kinderen verder te verbeteren zal er meer aandacht moeten komen naar het voorkomen van complicaties van deze ingrepen. Daarom richt deze thesis zich op deze complicaties na abdominale chirurgie op jonge leeftijd. Deel II - Incidentie van postoperatieve complicaties op basis van de beschikbare literatuur Grote cohortstudies naar aangeboren abdominale aandoeningen zijn schaars, met name omdat deze aandoeningen weinig voorkomen. Daarom zijn de incidenties van complicaties na operaties bij deze patiënten grotendeels onbekend of alleen beschreven in kleine studies. We hebben drie afzonderlijke reviews ontwikkeld om de incidentie van deze complicaties te benaderen. Deze reviews tonen aan dat complicaties geregeld voorkomen, ook bij deze patiëntengroep. Dit gaat dan om wondinfecties in 6%, naadlekkage in 3%, naadstenose in 4%, ileus door verklevingen in 6% en littekenbreuken in 4% van de kinderen. Omdat er verschillende definities voor ileus werden gebruikt, hebben we de in een afzonderlijke review gekeken naar welke definities en uitkomstmaten in de literatuur gebruikt worden voor ileus. Hiermee lieten we zien dat minder dan de helft van de artikelen over postoperatieve ileus of darmfunctie bij kinderen de uitkomst definieerde. Daarnaast werden vele wisselende uitkomstmaten gebruikt, waardoor de studies lastig met elkaar zijn te vergelijken. Deel III - Incidentie van - en risicofactoren voor postoperatieve complicaties in ons cohort In dit deel hebben we alle patiënten die een buikoperatie ondergingen voor de leeftijd van 4 jaar in de beide centra die het Amsterdam UMC opmaken tussen 1998 en 2018 geëvalueerd. Allereerst hebben we gekeken naar het optreden van katheter gerelateerde bloedbaaninfecties (KGBI’s) en trombose na behandeling met een centrale lijn specifiek bij kinderen behandeld voor gastroschisis of dunne darm atresieën. In deze groep ontwikkelden KGBI’s zich bij een derde van de patiënten. Dit risico werd significant hoger

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw