Marco Boonstra

257 gaan dan een beperkt begrip van informatie. Deze barrières hebben betrekking op ziektepercepties, psychisch welzijn, het sociale netwerk en het volhouden van veranderingen in gezondheidsgedrag op de lange termijn. Deze bevindingen voegen inzichten toe aan theorieën over gezondheidsvaardigheden. Deze theorieën kunnen bijvoorbeeld worden verrijkt door meer contextuele en emotionele factoren toe te voegen. Ten tweede tonen onze resultaten aan dat gezondheidsvaardighedeninterventies, die zich richten op zowel patiënten als zorgverleners, veelbelovend zijn. We bieden nieuwe inzichten met betrekking tot de communicatie tussen de patiënt en de zorgverlener, en vooral ook de barrières die zorgverleners ervaren bij het ondersteunen van patiënten met VGV. De gezondheidszorg voor patiënten met VGV kan worden verbeterd door meer te focussen op de barrières die patiënten ervaren in het omgaan met hun ziekte en het op de lange termijn volhouden van zelfmanagement. Het is ook belangrijk om zorgverleners competenties te leren in het verstrekken van informatie, gezamenlijke besluitvorming en het ondersteunen van zelfmanagement. Ten derde illustreren onze resultaten dat het zinvol is een longitudinale aanpak van interventieontwikkeling te combineren met methoden van co-creatie. Deze gecombineerde aanpak resulteerde in de identificatie van interventiedoelen en de ontwikkeling en evaluatie van een interventie, namelijk GoUN. Het raadplegen van de doelgroepen in elke stap van de interventieontwikkeling verrijkte de interventiedoelstellingen en droeg bij aan de ontwikkeling van een interventie die aansluit bij de context, behoeften en competenties van patiënten en hun zorgverleners. Dit is extra belangrijk in groepen met kwetsbaarheden, zoals patiënten met VGV, die meer moeite hebben om toegang te krijgen tot gezondheidszorg en om gezondheidsinformatie te vinden en te gebruiken. Tot slot is, voor zo ver we weten, dit onderzoek het eerste dat een effect van een gezondheidsvaardighedeninterventie op een klinische parameter en kosten laat zien. Hopelijk moedigen deze resultaten zorgverleners, overheids- en gezondheidsinstanties, zorgverzekeraars en onderzoekers aan om de verantwoordelijkheid te nemen om gezondheidsvaardigheden aan te pakken in preventie en klinische zorg. Hun gezamenlijke inspanningen kunnen een gezondheidsvaardige omgeving creëren voor mensen die minder in staat

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw