Renate van Keulen

380 Hoofdstuk 13 Bestaand onderzoek over e-learning laat zien dat digitale ondersteuning een voordeel kan bieden ten opzichte van ondersteuning in face-to-face onderwijs. Leerlingen maken gebruik van vaste hulpmiddelen en aangeboden documenten, en zijn niet afhankelijk van de kennis en doceerstijl van de docent (o.a. Nycz & Cohen, 2007; Gherheș et al., 2021). Op basis hiervan kan de in dit onderzoek ontwikkelde digitale didactiek ook een oplossing bieden voor de handelingsverlegenheid die docenten volgens Bax en Mantingh (2019) kunnen ervaren bij het geven van hun literatuurgeschiedenisonderwijs. Een derde inhoudelijk argument is dat deze didactiek een kwalitatief hoogwaardig alternatief biedt voor de traditionele aanpak op basis van gedrukte vormen van literatuur. Een digitale presentatie van literatuur kan voor leerlingen drempelverlagend werken (Van Collie & Raedts, 2014). Bluijs et al. (2021) geven aan dat de aard en functie van literatuur ingrijpend is veranderd, maar dat het onderwijs daarbij sterk achterblijft. Volgens de auteurs is het literatuuronderwijs klaar voor een nieuwe lesinhoud en nieuwe didactische keuzes, maar ook voor nieuwe, digitale vormen die de complexiteit en gelaagdheid bieden om goed onderwijs te geven. Het in dit onderzoek ontwikkelde digitale ontwerp combineert een vernieuwende vorm met een eveneens vernieuwende lesinhoud en didactiek. Er zijn ook enkele kanttekeningen te plaatsen bij het leren in de ontwikkelde digitale didactiek. Een van die kanttekeningen is dat er minder direct zicht is op het leren van de leerlingen dan bij een ‘normale’, klassikale les, wat inherent is aan de scheiding tussen leerling en docent in het leerproces bij digitaal leren (Hollis & Madill, 2006). De redeneerresultaten kunnen weliswaar door een docent worden geraadpleegd, maar ze laten niet automatisch zien welke obstakels leerlingen hebben ondervonden in hun leerproces. De resultaten van het onderzoek sluiten hierbij aan: hoewel blijkt dat alle leerlingen met de didactiek tot redeneren kwamen en vanuit de observatieverslagen het beeld ontstaat dat zij gestaag en zonder problemen werkten, laten de evaluaties ook zien dat zij daarbij tegen diverse problemen aanliepen. Wanneer sprake is van ‘normale’ leerling-docentinteractie, kunnen dergelijke problemen mogelijk sneller aan het licht komen en worden verholpen. Wat betreft het inzicht in het leerproces is er sprake van een tweede probleem van meer praktische aard: de leerlingen redeneren op basis van open vragen, waardoor automatische feedback of controle niet mogelijk is. Dit probleem is deels opgelost door de hulpicoontjes en de bronnen die leerlingen kunnen gebruiken om te bepalen of ze in hun denkproces op de juiste weg zitten, maar er is geen sprake van directe feedback op gegeven antwoorden. Dit maakt inzicht in het leerproces en de prestaties lastig, zowel voor de leerling zelf als voor de docent. Een valide oplossing voor het geven van

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw