Renate van Keulen

341 De derde onderzoekscyclus: het volledig digitale ontwerp motivatie’ (de leerling vindt de lessenreeks of delen ervan niet leuk en doet het alleen omdat het moet) en ‘geïntrojecteerde motivatie’ (de leerling ervaart druk om het goed te doen of krijgt een vervelend gevoel als een onderdeel niet goed lukt). De resultaten van deze analyse worden gepresenteerd in Tabel 11.7. Tabel 11.7 Opmerkingen met betrekking tot motivatie bij Lessenreeks 3 (frequenties; n=81) Soort motivatie Aantal Totaal Autonoom Intrinsiek Geïdentificeerd 86 104 190 Gereguleerd Extern Geïntrojecteerd 106 16 122 In totaal zijn in de evaluaties van de leerlingen 312 opmerkingen met betrekking tot motivatie gevonden en ondergebracht bij een van de vier soorten motivatie die Deci en Ryan (2002) onderscheiden. De analyse laat zien dat 190 opmerkingen van de leerlingen (61%) duiden op autonome motivatie (86 intrinsiek en 104 geïdentificeerd). 122 opmerkingen (39%) duiden op gereguleerde motivatie (106 extern en 16 geïntrojecteerd). Bij autonome motivatie (motivatie die uit de leerling zelf komt), komt geïdentificeerde motivatie het meest voor. Geïdentificeerde motivatie houdt in dat leerlingen de lessenreeks of onderdelen ervan als nuttig of belangrijk ervaren (‘Het redeneren is iets dat je bij meerdere vakken en ook in het dagelijks leven veel nodig hebt, het is dus handig als je dit goed kan’ of ‘De manier van antwoorden heeft mij geholpen om een situatie te bekijken voor in de toekomst: de beschrijven, betekenis geven en concluderen manier’). Intrinsieke motivatie komt in 86 opmerkingen naar voren (‘Ik vond het systeem wel mooi uitgewerkt en de gedachte erachter vind ik ook supertof bedacht’ of ‘Het systeem van redeneren in stappen met redeneervragen om tot inzichten te komen vond ik leuk en in interessant en ik was benieuwd hoe de rest van het boek zou gaan’). Op het gebied van gereguleerde motivatie (motivatie die niet uit de leerling zelf komt), is vooral externe motivatie zichtbaar: leerlingen doen een onderdeel niet met plezier, waaruit kan worden geconcludeerd dat zij het alleen doen/afmaken omdat het een opdracht van school is (‘Het analyseren van bronnen vond ik saai, omdat het soort van begrijpend lezen is en ik denk niet dat veel mensen dat leuk vinden’). Bij de opmerkingen die duiden op externe motivatie valt vooral op dat leerlingen aangeven dat zij de lessenreeks of delen daarvan langdradig vonden (‘Ik vond het een erg uitgebreide manier die je voor mijn gevoel soepeler had kunnen maken’). Zestien opmerkingen duiden op geïntrojecteerde motivatie, wat betekent dat leerlingen een onderdeel lastig vinden of zich niet capabel

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw