Renate van Keulen

117 Benaderingen van het literatuurgeschiedenisonderwijs in de praktijk Tabel 5.5 Analysemodel voor het categoriseren van de opmerkingen (vervolg) Categorie Omschrijving Herkenning-neutraal De docent herkent de situatie (in het algemeen of bij specifiek genoemde anderen) en is er neutraal over Herkenning-negatief De docent herkent de situatie (in het algemeen of bij specifiek genoemde anderen) en is er negatief over De eerste twee categorieën in Tabel 5.5 (‘doet dit zelf’ en ‘constatering’) geven informatie over de concrete gerapporteerde lespraktijk: de eerste zegt iets over de handelingen van de docent (bijvoorbeeld ‘Ik richt me op teksten in een sociaal-culturele context plaatsen’) en de tweede over het gedrag van leerlingen (bijvoorbeeld ‘In het begin denken ze: wat is dat nou weer en als je ze dan meeneemt, vinden ze het best leuk’). De derde categorie betreft algemene meningen van de docenten over literatuuronderwijs, didactiek of pedagogiek die in de gesprekken naar voren kwamen zonder dat daarbij expliciet werd aangegeven wat de docent zelf doet in de lespraktijk (bijvoorbeeld ‘Empathie creëren is een taak voor het literatuuronderwijs’). Het gaat hierbij dus niet om meningen over wat er in het vignet beschreven staat, maar om meningen met betrekking tot het literatuuronderwijs in het algemeen. De opmerkingen binnen de categorie ‘mening’ geven informatie over de visie van de docent. De opmerkingen in de categorie ‘wens’ geven weer wat de docent graag in de eigen lespraktijk of meer algemeen bij het literatuuronderwijs zou willen zien (‘Als ik heel veel tijd had, zou ik eigenlijk alleen maar met tekstfragmenten willen werken’). De categorieën ‘herkenning-neutraal’, ‘herkenning-positief’ en ‘herkenning-negatief’ zijn opgenomen voor opmerkingen die een directie reactie zijn op het getoonde vignet. Gaat het om een neutrale beschrijving als ‘De docent gaat hier uit van de beleving van de leerling’, dan herkent de docent een van de richtingen, maar zonder oordeel. Wordt de herkenning gevolgd door een oordeel (positief of negatief), dan biedt dit informatie over de visie van de docent (‘Ja het is op een hele toegankelijke manier leerlingen kennis laten maken met de tijdvakken’ of ‘Deze transfer is niet literair en heeft niets meer met taalverzorging of stijl te maken’). De geanalyseerde opmerkingen zijn ingevoerd in een Excel-bestand. Bij iedere opmerking is de categorie gecodeerd volgens Tabel 5.4 en de aard van de opmerking volgens Tabel 5.5, met het vignet- en docentnummer. Een aantal opmerkingen kon worden ingedeeld onder meerdere categorieën in Tabel 5.4, omdat in dezelfde zin meerdere benaderingen aan de orde kwamen en de zin niet ‘opgeknipt’ kon worden in twee aparte opmerkingen. Een voorbeeld: ‘Maar als leerlingen dat stukje krijgen bij een boek, gaat het ze juist heel erg helpen omdat ze dat op weg helpt met: hoe moet ik dan naar de tekst kijken. Waardoor ze niet alleen maar naar het verhaal kijken. Want wat ze vaak zeggen

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw