Laura Spinnewijn

138 Addendum Nederlandse samenvatting Hoofdstuk 1 vormt de inleiding van dit proefschrift. Het schetst kort een beeld van de academische en professionele reis van de promovenda, omdat dit een aanzienlijke invloed heeft gehad op de keuze van het onderzoeksonderwerp en de perspectieven die zijn gekozen voor het opstellen en beantwoorden van de onderzoeksvragen. Het concept van gedeelde besluitvorming (SDM) in de gezondheidszorg wordt geïntroduceerd. Ook wordt uitgelicht welke uitdagingen er spelen bij de praktische implementatie hiervan. De belangrijkste thema’s die in dit proefschrift aan bod komen, worden toegelicht. Het gaat hierbij vooral om de kloof tussen ideale SDM-principes en hoe deze werkelijk worden toegepast in de praktijk, en de centrale rol die artsen spelen bij het overbruggen van deze kloof. De belangrijkste doelgroepen in deze thesis worden benoemd: artsen in opleiding tot medisch specialist (aios) en medisch specialisten zelf. Aios vanwege het feit dat zij nog in een vormende fase van hun professionele identiteitsontwikkeling bevinden; medisch specialisten omdat zij de stand van zaken in de huidige praktijk vertegenwoordigen. In de achtergrondinformatie in hoofdstuk 1 komen theorieën over werkplekleren aan bod, waarin de nadruk ligt op de verschuiving die plaatsvindt van klassikaal leren naar ervaringsleren. Bekende onderwijstheoretici als John Dewey, Malcolm Knowles en David Kolb worden aangehaald. Uit hun theorieën komt het belang van ervaringsgericht en reflectief leren naar voren. Het verborgen (hidden) curriculum en informeel leren worden aangehaald, vanwege hun belangrijke rol in het bereiken van de (on-)gewenste (leer-)resultaten, zoals het wel of niet toepassen van SDM door artsen. Hierna worden begrippen als de sociale omgeving, cultuur en gedragsverandering verkend en wordt het begrip ‘praktijkgemeenschappen’ (oftewel ‘communities of practice’) geïntroduceerd. De verregaande invloed van cultuur op de medische praktijk wordt benadrukt, alsmede de relevantie van het opnemen van cultuur en verandertheorieën in strategieën om daadwerkelijk het gedrag van artsen te veranderen en zodoende gewenste leereffecten te bereiken. Tenslotte worden de doelstellingen van dit proefschrift uiteengezet. Deze omvatten het onderzoeken welke onderwijsmethodes effectief zijn om SDM aan aios aan te leren en welke factoren maken dat artsen wel of niet SDM toepassen in de praktijk. Bij dit laatste onderzoeksdoel wordt met name gekeken naar de invloed van de artsencultuur, individuele opvattingen, cognitieve processen en contextuele factoren. De structuur van het proefschrift in twee delen wordt toegelicht, waarbij deel I zich richt op het trainen van aios in SDM-vaardigheden en deel II op de determinanten voor SDM-toepassing door artsen. Hoofdstuk 2 werpt een kritische blik op huidige SDM-training interventies voor aios. Eerdere onderzoeken hebben al aangetoond dat deze trainingen vaak tekortschieten in het verbeteren van SDM-vaardigheden en weinig impact lijken te hebben op de praktijk. Deze review concentreert zich daarom specifiek op de onderwijskundige kwaliteit van deze trainingsmethoden. In dit onderzoek is er een set van beoordelingscriteria ontwikkeld, samengesteld op basis van zowel eerder onderzoek naar effectieve onderwijstactieken als een bekend SDM-model. De

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw