Elke Wynberg

Chapter 10 306 totaal aantal aanhoudende COVID-19-symptomen, door het analyseren van een trajectanalyse over een follow-up periode van 24 maanden. In het onderzoek zijn er vier trajecten geïdentificeerd, waarbij 8,9% van de deelnemers 6 of meer symptomen heeft, terwijl 24,5% van de deelnemers geen aanhoudende klachten meldt (en dus geen ‘long COVID’ heeft). Binnen elk traject blijft het totaal aantal gemelde klachten constant. Ook is er gekeken naar trajecten in het percentage van deelnemers met bepaalde klachten: vermoeidheid, hoesten, kortademigheid en verlies van reuk en/of smaak. Uit dit onderzoek is gebleken dat sommige nieuwe symptomen kunnen ontstaan terwijl andere bestaande klachten verdwenen. Derhalve kan een voorzichtige conclusie worden getrokken dat de symptomen van long COVID kunnen veranderen. Deze conclusie is van belang voor clinici die voor long COVID patiënten zorgen. Deelnemers die behoren tot het traject met zes of meer aanhoudende symptomen hadden ook een negatievere score op ziekteperceptie dan deelnemers met minder klachten. Dit suggereert dat de hoeveelheid symptomen een indicator is van een meer beperkende ervaring van long COVID. De onderliggende oorzaken van long COVID zijn nog onduidelijk. Hoofdstuk 7 van dit proefschrift onderzoekt of in ons cohort specifieke cytokinen geassocieerd zijn met long COVID. In een model waarin is gecorrigeerd voor andere mogelijke determinanten van cytokineconcentraties, is vastgesteld dat individuen met long COVID 6 maanden na het begin van de ziekte hogere concentraties hebben van C-reactive protein (CRP), een marker van ontsteking. Vervolgens keken wij naar deelnemers met een verminderde longdiffusiecapaciteit (in andere woorden, deelnemers met persisterende afwijkingen in de longen) op 6 maanden. Wij zagen dat deelnemers met een verminderde longdiffusiecapaciteit vaker verhoogde pro-inflammatoire cytokines hadden (interleukin [IL]-6, tumour necrosis factor [TNF]-α, interferon gamma inducible protein [IP]-10, IL10, en IL17) dan deelnemers met normale longfunctie. Dit suggereert dat hyperinflammatie één van de mogelijke oorzaken zou kunnen zijn van long COVID, vooral onder personen met langdurige ademhalingsproblemen. Aangezien vroege identificatie van personen met een hoog risico op het ontwikkelen van long COVID medisch relevant is, hebben wij ook mogelijke acute-fase biomarkers van long COVID op 6 maanden onderzocht. We hebben ontdekt dat metingen van IL-1β op 0-4 weken na het begin van de ziekte een betere voorspelbare waarde hebben dan body mass index (BMI). De urgentie aan objectieve voorspellende markers voor long COVID maakt dat verder onderzoek noodzakelijk is. Er is ook een urgente noodzaak voor behandelopties voor long COVID. Hoofdstuk 8 evalueert het effect van COVID-19-vaccinatie op bestaande long COVID-symptomen. Na het matchen van ongevaccineerde met gevaccineerde studie deelnemers op basis

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw