Arnold Huurnink

Samenvatting (Summary) A 141 Gezien de variantie van de SLS-prestaties binnen één individu, kan de WBB voldoende nauwkeurig worden geacht om SLS-prestaties middels COP-uitkomsten te beoordelen. In Hoofdstuk 8.2 reageren we op een kritische beoordeling door Pagnacco et al. van Hoofdstuk 8.1 . Pagnacco et al. beweren dat onze conclusies in Hoofdstuk 8.1 niet gerechtvaardigd waren. Hun belangrijkste argument is dat de onnauwkeurigheid van de WBBinvergelijkingmetFPrelevantisendatdeWBBdaaromnietindeklinischepraktijkmoet worden gebruikt. In een reactie ( Hoofdstuk 8.2 ) stellen we dat de onnauwkeurigheden die we vonden klein waren, zeker in vergelijking met de bestaande binnen-persoon- en tussen-persoonsvariabiliteit. Hierdoorwordenafwijkendeprestatieniveaus van individuen op de SLS-test waarschijnlijk even goed gedetecteerd middels FP of WBB. Dit zou de kloof tussen laboratoriumtesten en grootschalige implementatie in de praktijk van de sport kunnen overbruggen. Daarom verdient het overweging de tekortkomingen van de WBB te aanvaarden ten faveure van de mogelijkheid tot grootschalige frequente metingen. In Hoofdstuk 9 worden de belangrijkste bevindingen besproken, de mogelijke verbeteringen van het onderzoek, het perspectief richting de toekomst en adviezen richting de praktijk. Het blijkt dat de prestatie op de één-beenstand test goed te meten is met een krachtenplatform, met een hoge mate van nauwkeurigheid. Er zijn wel relevante wisselingen in de prestatie over de langere termijn, die zullen moeten worden meegenomen om te kunnen vaststellen of een testuitslag afwijkt van normale variatie. Om grootschalige metingen in het praktische veld uit te kunnen voeren lijkt een Ninento Wii balansbord voldoende geschikt. De prestatie van de één-been ‘drop jump’ test blijkt minder makkelijk te vatten in één krachtenplatformparameter. Parameters kunnen worden onderverdeeld in landingskrachten, dynamische balans en statische balans. De toegevoegde waarde van deze test ten opzichte van de één-been stand zal nog moeten blijken. Het lijkt een goed moment om te starten met grootschalige monitoring van de balansprestatie op één been bij sporters van bijvoorbeeld voetbal of veldhockey. Daarna kan worden bepaald wat de toegevoegde waarde precies is voor het inschatten van de kwaliteiten van een speler, keuzes in trainingsprogramma’s, het inschatten van blessurerisico en het monitoren van een revalidatie van een blessure.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw