Marcel Slockers

101 Discussie en conclusie 1. Hoofdbevindingen van dit onderzoek Wat is de gezondheidstoestand van dak- en thuislozen afgemeten aan sterftecijfers? In het prospectief cohortonderzoek in de periode 2001-2010 is gevonden dat dakloosheid gerelateerd is aan een hoge sterfte en een lage levensverwachting. Wij berekenden sterf - tecijfers die gecorrigeerd werden voor verschillen naar leeftijd en geslacht (Standardized Mortality Ratios, SMR’s) en vonden dat de sterfte onder dak- en thuislozen drieënhalf maal hoger is dan onder andere Rotterdammers (SMR 3.50). Twintigjarige dak- en thuisloze mannen en vrouwen leven respectievelijk 14 en 16 jaar korter dan de algemene Rotterdamse populatie ( hoofdstuk 2 ). De belangrijkste doodsoorzaken in het cohort waren niet-natuurlijke dood (26%), car - diovasculaire ziekten (22%) en kanker (17%). Suïcides en moorden waren verantwoor - delijk voor 50% van niet-natuurlijke overlijdens. Er werd een oversterfte gezien onder dak- en thuislozen voor alle doodsoorzaken. De grootste sterfteverschillen met de algehele Rotterdamse populatie zagen we voor niet-natuurlijke dood (SMR 15), infectieziekten (SMR 10) en psychiatrische ziekten (SMR 8). Bij dak- en thuislozen was de sterfte aan een niet-natuurlijke dood verhoogd voor geweld (SMR 14), suïcide (SMR 14), vergiftigingen (SMR 40) en overige ongevallen (SMR 9) ( hoofdstuk 5 ). Wat is de gezondheidstoestand van dak- en thuislozen afgemeten aan ziekten gepresenteerd op het straatdokterspreekuur? Uit onze analyse van gegevens uit de straatdokterspreekuren in de periode 2006-2017 kwam het volgende naar voren. In de straatdokter populatie is het aandeel van de psychi - atrische diagnoses (43%) het grootst, gevolgd door het aandeel hart- en vaatziekten(15%) en endocriene problemen(12%). Het aandeel harddrugsverslaving is 17%, het aandeel softdrugsverslaving 8% en het aandeel van een alcoholprobleem als hoofddiagnose is 13%. Ook diabetes (7%) en COPD (5%) zijn belangrijke zorgvragen in deze populatie. Het aandeel van patiënten met psychische aandoeningen en trauma is hoger bij straatdokters dan in een reguliere praktijk ( hoofdstuk 3 ). Wat zijn de effecten geweest van het Plan van Aanpak Maatschappelijke Opvang 2006-2010 op de gezondheidstoestand van dak- en thuislozen in Rotterdam, afgemeten aan sterftecijfers en ziekten gepresenteerd op het straatdokterspreekuur? Na invoering van het Plan van Aanpak Maatschappelijke Opvang in de periode 2006-2010 zagen we geen significante veranderingen in de totale sterfte van dak- en thuislozen