Marcel Slockers
74 Hoofdstuk 5 Wij vonden na de implementatie van sociale beleidsmaatregelen in 2006 een daling van de sterfte door suïcide en moord bij een onveranderde totale sterfte onder daklozen 10 . Dit wijst op een verschuiving in het doodsoorzakenpatroon in ons daklozencohort met een kleinere bijdrage van niet natuurlijke dood. Ons onderzoek leidt tot de hypothese dat op daklozen gericht beleid, bestaande uit huisvesting, helpen bij verkrijgen van een legaal inkomen en verbetering van contact met de gemeenschap en (geestelijke) gezondheidszorg gepaard kan gaan met minder suïcide en moord. Er is een hoge prevalentie van mentale gezondheidsproblemen bij daklozen 11 , hetgeen geassocieerd is met verhoogde risico’s op suicide 12 , wat versterkt kan worden door algemene negatieve verwachtingen over de toekomst (hopeloosheid) 13 . Onze hypothese is dat de genomen sociale maatregelen in Rotterdam hebben geleid tot een betere mentale gezondheid en minder hopeloosheid onder daklozen en daarmee tot minder zelfbescha - diging en suïcide bij deze kwetsbare groep. Daarnaast hebben de maatregelen geleid tot huisvesting en een verminderde blootstelling aan risico’s van het leven op straat. De Rotterdamse veiligheidsindex liet vanaf 2006 een lager aantal misdaden zien en een verminderd aantal illegale druggebruikers op straat 14 . Met name minder cocaïne gebruik leidt tot minder agitatie, impulsverlies en een lager risico op moord en suïcide . Onze bevindingen zijn van belang voor politici, publieke gezondheidszorg professionals en huisartsen en specialisten. Dakloosheid geeft een groot risico op voortijdig overlijden. Het voorkomen van onnodige niet natuurlijke doden moet een van de speerpunten zijn in het daklozenbeleid . Een beleid waarbij gezorgd wordt voor huisvesting, verkrijgen van een legaal inkomen, en verbeteringen van GGZ en sociale contacten voor deze kwetsbaren kan een stad mogelijk minder suïcides en moorden opleveren. De medische ethische commissie van het Erasmus MC heeft dit onderzoek niet WMO plichtig verklaard en heeft voor dit onderzoek een verklaring van geen bezwaar afgegeven. Resultaten [gedeeltelijk] gebaseerd op eigen berekeningen [Erasmus MC, Rotterdam] op basis van niet-openbare microdata van Centraal Bureau voor de Statistiek betreffende Doodsoorzaken van personen die bij overlijden inwoners waren van Nederland.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0