Marcel Slockers

14 Hoofdstuk 1 In 2009 verscheen de dissertatie van Van Laere over sociaal-medische zorg voor en tijdens dakloosheid. 23 Hij beschreef de kenmerken van dak- en thuislozen die bijdroegen aan uithuiszettingen. Ook beschreef hij de oversterfte van vooral buiten slapende dak- en thuislozen die gezien waren in een dagopvang en nood nachtopvang in Amsterdam. Bij deze 364 bezoekers presenteerde een derde een combinatie van verslaving, psychiatrische en lichamelijke problemen (tri morbiditeit). Tijdens een follow-up van tien jaar na het eerste contact was een vijfde overleden, met een oververtegenwoordiging van mannen van rond de vijftig jaar. Daarmee lag het sterftecijfer in deze groep bijna zeven keer hoger dan dat van de doorsnee Amsterdammer, gecorrigeerd voor geslacht en leeftijd. Het sterfte - cijfer bij dak- en thuisloze vrouwen lag 13 keer hoger en bij dak- en thuisloze mannen en vrouwen tussen de 18-34 jaar 18 keer hoger dan bij de algemene Amsterdamse bevolking. Multivariabele analyse toonde een significant verhoogd sterfterisico bij dak- en thuisloze personen met HIV, alcoholverslaving, chronisch longlijden en drugverslaving. 3. Wat is bekend over ziekte en sterfte bij Rotterdamse dak- en thuislozen? Sinds begin jaren tachtig van de vorige eeuw worden bij het Centrum voor Dienstver - lening (CVD), het Leger des Heils en de Pauluskerk spreekuren gedaan door straatdok - ters, meestal huisartsen of specialisten ouderengeneeskunde. Desondanks is over ziekte en sterfte onder Rotterdamse dak- en thuislozen weinig bekend. Begin jaren tachtig van de vorige eeuw verloederden de grote steden in Nederland. De GGD Rotterdam maakte werk van epidemiologisch onderzoek en wilde de gezondheid van dak- en thuislozen in kaart brengen. Omdat de straatdokters meer behoefte hadden aan ondersteuning dan aan onderzoek, besloot de GGD-directie om een participerend onderzoek uit te laten voeren door verpleegkundigen die de spreekuren van de straatdokters op CVD-locaties gingen ondersteunen In 1994 stelde een GGD-rapport over de sociaal-medische spreekuren in Rotterdam vast dat dak- en thuislozen veel ziekten en aandoeningen hebben. 24 Hierbij werden hoge aantallen dak- en thuislozen beschreven met psychiatrische problematiek, verslavingen en infectie - ziekten of een combinatie daarvan. De geobserveerde multipele problematiek werd met uitsluitend een spreekuur van een straatdokter onvoldoende succesvol aangepakt. Mensen met schurft werden niet goed ingesmeerd, mensen die antibiotica nodig hadden slikten die niet, en mensen die verdacht werden van tuberculose bereikten de tuberculosedienst niet. Ook werd het spreekuur voor de dokter als onveilig beoordeeld. Hieruit volgde de aanbeveling om de sociaal-medische spreekuren te verstevigen door ze voortaan uit te laten voeren door een straatdokter samen met een straatverpleegkundige. Doordat begin jaren negentig verpleegafdelingen voor zieke dak- en thuislozen gestart werden door het CVD en het Leger des Heils, verbeterde de mogelijkheid om medische

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0