Zsa Zsa Weerts

Addendum 260 aanwezigheid van ongemak onvoldoende. In hoofdstuk 2 vergeleken we de prevalentie van PDS afhankelijk van het gebruik van de Rome III of IV criteria in een goed gekarakteriseerd cohort van PDS-patiënten, het Maastricht IBS Cohort. Van de 404 patiënten bij wie PDS werd gediagnosticeerd met behulp van de Rome III criteria, voldeed tussen 87% en 62% waarschijnlijk ook aan de strengere Rome IV criteria. Bij het vergelijken van klinische kenmerken tussen Rome III PDS-patiënten en patiënten die ook voldeden aan de Rome IV criteria, ontdekten we dat de Rome IV PDS-populatie een subgroep weerspiegelde die vaker vrouwelijk was, met ernstigere maag-darm klachten, meer psychologische co-morbiditeit en een lagere kwaliteit van het leven. Dit betekent dat de resultaten van wetenschappelijk onderzoek binnen de Rome III PDS-populatie mogelijk niet direct vergelijkbaar zijn met die van een Rome IV PDS-populatie. In de klinische praktijk is het echter belangrijk om beide groepen als PDS te beschouwen en zodanig te behandelen. Naast variaties in populatiekenmerken als gevolg van verschillen in de gebruikte diagnostische criteria over de tijd, is het ook bekend dat symptomen binnen patiënten kunnen variëren over de tijd. Aangezien kennis over het natuurlijke ziekteverloop kan helpen bij het zoeken naar nieuwe, op de patiënt toegesneden, gerichte behandelstrategieën, evalueerden we in hoofdstuk 3 de variatie van symptomen over een periode van vijf jaar en zochten we naar voorspellers van ziektebeloop. Na vijf jaar follow-up rapporteerde 30% van 161 Rome III PDS-patiënten van het Maastricht IBS cohort gemiddeld minder maag-darmklachten en hieraan gerelateerde angst en voldeed deze 30% niet langer aan de Rome III criteria. Psychologische klachten, zoals angst en depressie, en de kwaliteit van leven waren echter vergelijkbaar tussen patiënten die nog wel en zij die niet meer aan de diagnostische criteria voldeden op het moment van follow-up. Er konden geen duidelijke voorspellers voor het ziekteverloop worden gevonden. Deze resultaten suggereren dat het algemeen welbevinden en de kwaliteit van leven op de lange termijn mogelijk meer afhangen van psychologische symptomen op dat moment, dan van verbetering van maag-darm klachten in de loop van de tijd. Deze resultaten pleiten tevens voor therapeutische interventies voor PDS die gericht zijn of mede gericht zijn op mentale gezondheid. Deel II - Transient Receptor Potential kanalen als therapeutisch doelwit Hoewel het aantal behandelopties voor PDS de afgelopen decennia is toegenomen, blijft de behandeling van met name buikpijn een uitdaging en is deze vaak onbevredigend. In de zoektocht naar kosteneffectieve therapieën zijn Transient Receptor Potential (TRP) -

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0