Elien Neimeijer

138 Volwassenen met een licht verstandelijke beperking of zwakbegaafdheid (verder aange- duid als LVB) vormen een kwetsbare groep in de samenleving. Bij deze doelgroep worden met regelmaat ernstige gedragsproblemen en/of psychiatrische stoornissen, problema- tisch middelengebruik en risicovol (en/of delict-) gedrag gezien. Deze complexe com- binatie van problemen vereist intensieve zorg in een gespecialiseerde behandelsetting. Wanneer cliënten een gevaar voor zichzelf of anderen vormen en vrijwillige behandeling niet mogelijk is om dit gevaar af te wenden, kan risicovol gedag leiden tot een gedwongen opname in een klinische (forensische) behandelsetting. Gedwongen behandeling wordt meestal door de rechter opgelegd als onderdeel van een strafrechtelijke maatregel aan iemand met een psychische stoornis die een strafbaar feit heeft gepleegd. Het doel van de gedwongen behandeling is dan dat cliënten na hun behandeling geen strafbare feit- en meer zullen plegen. Dat wordt ook wel het verminderen van recidive genoemd. De forensische zorg is er primair op gericht de maatschappelijke veiligheid te vergroten. Daarnaast kan de rechter ook gedwongen behandeling in het kader van een civielrech- telijke maatregel opleggen aan personen bij wie een psychische stoornis leidt tot gedrag dat gevaar veroorzaakt voor henzelf of anderen en er geen vrijwillige zorg mogelijk is om dat gevaar weg te nemen. In Nederland worden cliënten in de klinische (forensische) zorg behandeld in leef- groepen. Naast therapieën, dagbesteding, onderwijs, trainingen en activiteiten, ver- blijven cliënten binnen hun klinisch behandeling het grootste deel van hun tijd op de leefgroep. Hier worden ze begeleid door sociotherapeuten. Omdat dit een het groot en belangrijk deel van de behandeling vormt, is de kwaliteit van het leefklimaat op deze leefgroepen van essentieel belang voor de ontwikkeling van cliënten en de effectiviteit van behandeling. Het leefklimaat kan verschillend worden ervaren door cliënten en soci- otherapeuten, variërend van gesloten en repressief naar open en therapeutisch. Een open en therapeutisch leefklimaat wordt gekenmerkt door een veilige, gestructureerde en re- habiliterende omgeving waarin cliënten steun vinden bij hun sociotherapeuten, ruimte en mogelijkheden ervaren voor zingeving, leren en groei, structuur ervaren zonder dat ze last hebben van onvoorspelbare, harde en oneerlijke maatregelen en veiligheid en een prettige sfeer ervaren op de leefgroep waarbij er respect is voor elkaar, elkaars gevoe- lens, privacy en eigendommen. Zowel tussen sociotherapeuten en cliënten als tussen cliënten onderling. Uit onderzoek is gebleken dat een open en therapeutisch leefklimaat onder andere bijdraagt aan een hogere behandelmotivatie, een goede werkrelatie tussen cliënten en sociotherapeuten, een afname van agressie incidenten en recidive en meer

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0